In haar volkstuintje in Rotterdam ontmoette Lisette Thooft ecoloog en historicus Rutger Henneman, die onderzoek deed naar alternatieve vormen van grondbezit en de rol van spiritualiteit daarbij. Een verhaal over een Schotse protestbeweging tegen grondmisbruik.
Door Lisette Thooft
Vroeger was de grond toch van God? De Bijbel is er vol van. Wij zijn niet eens rentmeesters als je het Hebreeuws goed vertaalt; wij zijn dienaars van de grond. Hoe kan het dan dat rijke mensen grond kunnen bezitten, eruit kunnen halen wat geld opbrengt en het vervuild en verarmd achterlaten?
“Dat was niet altijd zo,” zegt Rutger Henneman, ecoloog en historicus. “In de Middeleeuwen had je een lappendeken van rechten en plichten waarbij het land van de gemeenschap was; er was nooit een stukje alleen maar van één persoon, die het aan wie dan ook kon verkopen. Dat ingenieuze systeem is veranderd in eigendomsrecht.”
Materialistische wetenschap
Het heette Verlichting, de opkomst van de materialistische wetenschap die ons zoveel welvaart heeft bezorgd. Maar die ons ook technisch in staat heeft gesteld om in tomeloze hebzucht steeds meer van het andere leven op onze planeet kapot te maken.
Henneman, thans initiatiefnemer en beheerder van gezamenlijke moestuinprojecten in Rotterdam, studeerde Bos- en Natuurbeheer totdat hij besefte dat dit hem vooral opleidde om beleidsplannen te zitten maken achter de computer. Dus ging hij geschiedenis doen, want hij wilde begrijpen waar de grote problemen van nu vandaan komen: de verwoesting van de natuur, de armoede.
Landhervorming
Dat het ook anders kan, zag hij toen hij de Schotse beweging voor landhervorming ontdekte. In 2003 is er een Schotse wet aangenomen die boerendorpjes helpt om land terug te kopen van rijke privé-eigenaren, de landlords. Voor Alastair McIntosh, hoogleraar, activist en schrijver van het boek Soil and Soul, ging Henneman, bij wijze van stage, uitzoeken of en hoe christelijke en Keltische spiritualiteit bij die hervorming een rol speelden. Het korte antwoord: Ja die speelden zeker een rol. Niet met wapperende banieren, maar wel impliciet.
Henneman reisde rond, interviewde boerenleiders, nationale verzetsfiguren, theologen, en hij raakte diep geïnspireerd. Uiteindelijk leidde dat in Rotterdam bijvoorbeeld tot de oprichting van de Vredestuin, een gemeenschappelijk moestuinproject voor buurtbewoners.
Grond-spiritualiteit
Soil and Soul is een prachtig en belangrijk boek, twintig jaar geleden geschreven maar fresh as a daisy. McIntosh vertelt daarin hoe hij opgroeide op een eiland van de Schotse Hebriden en betrokken raakte in protestbewegingen tegen grondmisbruik. In één zo’n debat met een grootgrondbezitter wierp die hem voor de voeten: “Mensen begrijpen niet hoe duur het is om een landgoed te bezitten. Het kost je evenveel als drie Ferrari’s, zes renpaarden en een paar maîtresses.”
De protestbewegingen hadden uiteindelijk succes. Een landlord die de armoede op zijn eiland vooral pittoresk vond – hij reed graag in zijn Rolls langs die vervallen huisjes – werd succesvol uitgekocht. Een iconische berg die op de rol stond om afgegraven te worden met totale natuurvernietiging als gevolg, werd gered uit de klauwen van een multinational. Spannende verhalen.
Maar het boek is veel meer – het is ook een inwijding in grond-spiritualiteit. En een heldere analyse van wat extreme rijkdom met mensen doet: het ontzielt ze, holt ze uit. Het leidt tot doodsdrift.
De situatie hier is anders. Maar toch, wat zou het helpen als Soil and Soul gelezen werd door iedereen die iets met grond en landbouw te maken heeft: boeren, bedrijven, beleidsmakers. En door ons, consumenten.
Alastair McIntosh, Soil and Soul, People Versus Corporate Power, Aurum Press (2004).
Prachtig verhaal. Zó belangrijk. Als mens vrijwillig in dienst van de schepping. Niet uitbuiten maar verrijken. Landbouw als verbetering van de bodemvruchtbaarheid, met steeds gezondere producten als resultaat. Mooi menszijn op die manier. Met een glorieuze cultuur waar de toekomst blij mee is.