Tegelijk met het carnavalsgedruis klonk vrijdag 9 februari het geluid van de zware doodsklok over ’s-Hertogenbosch. Zo ongeveer heel rooms-katholiek Nederland was aanwezig bij het afscheid in de kathedraal van Pieter Kohnen, 46 jaar oud, in leven directeur van het Verband van Katholieke Maatschappelijke Organisaties (VKMO). De viering toonde, zegt Erik Borgman, de unieke kracht van de katholieke liturgie.
Door Erik Borgman
Het overlijden van Pieter Kohnen was een schok. In alle opzichten. Onverwacht, een man van 46 jaar, in de bloei van zijn leven, vader van een gezin met vier jonge kinderen. Plotseling ziek geworden en opgenomen op de intensive care, binnen enkele dagen overleden. Allemaal heel erg verdrietig en triest.
Gods eigen ruiten
“Soms gooit God zijn eigen glazen in”, zei bisschop Gerard de Korte bij de laatste groet, de zogenoemde absoute. Een creatieve kracht in dienst van zijn Rijk, en dan laat hij zoiets gebeuren. De Korte verwoorde er zeker het gevoelen mee van veel van de aanwezigen. Hij wees echter tegelijk op de kern van de christelijke traditie. Deze vertelt dat God in Jezus tot in de dood is afgedaald om er het leven opnieuw uit geboren te laten worden.
Hiermee liet hij de kracht zien die deze traditie wat mij betreft uniek maakt: de verschrikkelijke kanten van het leven worden niet ontkend, maar onder ogen gezien. Zonder terughoudendheid of vergoelijking. En dat kan, omdat zij in Gods dynamiek van opstanding en vernieuwing zijn opgenomen, al is voor ons op geen enkele manier inzichtelijk hoe. De bisschop citeerde de Duitse filosoof en theoloog van Italiaanse afkomst Romano Guardini (1885-1968) die ooit schreef dat hij zich voornam in de hemel God te vragen waarom de geschiedenis van lijden en dood, oorlog en onderdrukking na Pasen toch nog zolang moest doorgaan.
In de angst gered
Het was inderdaad een vraag die ook bij deze gelegenheid eens te meer klemde. Want we herdachten niet alleen om een jong leven dat verbonden was met vele andere levens en tal van organisaties en groepen die actief het goede nastreefden, maar veel te jong was afgebroken. De laatste periode had Pieter Kohnen bovendien verschijnselen van een ernstige burn-out. In de requiem-liturgie werd het evangelie gelezen van Jezus die, bij storm over het water lopend, Petrus roept naar hem toe te komen. Petrus doet het, maar wordt bang voor de golven en de wind en dreigt weg zinken. Hij roept om hulp en Jezus trekt hem omhoog (Matteüs 14,24-33). De jezuïet Eduard Kimman, die de hoofdcelebrant van de eucharistieviering was, verbond dit met de ervaring dat de bodem onder het leven wegvalt en oude en nieuwe angsten het onmogelijk maken voort te gaan.
Petrus werd in zijn angst gered door Jezus’ uitgestoken hand, volgens het evangelie. Kimman zag in de hulp die velen die in de kerk zaten op hun manier hadden proberen te bieden deze hand. Maar hij verzweeg niet dat we wel probeerden te geloven dat dit inderdaad tot Pieters redding was, maar dat we van deze redding graag iets hadden willen zien. Waarom is hem nou niet vergund zijn leven met vrouw en kinderen, met vrienden en relaties opnieuw op de rails te zetten en verder te gaan?!
Uit stof opstaan
Het was naar mijn smaak een beetje erg druk op het altaar met kerkelijke hoogwaardigheidsbekleders. Maar de genade dat wij ondanks alles ook op dit moment konden vieren dat Jezus, die geleden heeft en gestorven is, nu als de Levende onder de gedaante van brood en wijn onder ons aanwezig was, te midden van alle verdriet en sprakeloosheid, onbegrip en ongemak, is wat mij betreft niet in woorden te beschrijven. Het laat zien waar de kerk voor is: om te tonen dat wij zijn wat niet kan en doen wat ondenkbaar is. Dat we niet leven ten dode, maar uit de dood vandaan.
Toen ik van de kathedraal terugliep naar het station was ik ondanks de warmte van de viering en de mensen, niet alleen verkleumd door de kou van de kathedraal. Het was mij ook koud om het hart vanwege hetgeen met mensen gebeurt. Confetti kondigde het aankomend carnaval aan, maar ik zag er al Aswoensdag in: uit stof zijn wij, tot stof keren wij weer, uit stof staan wij op! In navolging van hem, die ons deze weg bereid heeft. Niet om onze pijn en moeite heen, maar er dwars doorheen.