Er is sprake van een mentale epidemie onder jongeren. Keuzestress en prestatiedruk zijn direct aanwijsbare factoren. Daaraan ten grondslag ligt volgens Wouter ter Braake een fundamenteler patroon: de materialistische ik-cultuur. Wat als we nu eens uit het strijdgewoel stappen? Dan ontstaat ruimte voor een innerlijke ontdekkingsreis: "een combinatie van ‘naar binnen kijken’ en ‘stap voor stap anders leren handelen’".
Door Wouter ter Braake
Angst en depressie zijn een groot probleem onder jongeren. Suïcide is de meest voorkomende doodsoorzaak bij jongeren onder de dertig jaar (CBS). Het aantal jongeren dat als patiënt in de GGZ terechtkomt, stijgt al jaren. Deze alarmerende ontwikkelingen signaleerde Joyce van der Wegen onlangs in een opiniebijdrage in de Volkskrant (3 augustus 2023). Van der Wegen is verbonden aan het Expertisecentrum inclusief onderwijs (Ecio). Mede op grond van haar eigen ervaring schrijft ze deze zorgelijke gegevens toe aan de prestatiedrang in onze samenleving: “Jongeren struikelen al langer over een veel te hoge prestatielat”.
De mate van stress, angsten, depressieve gevoelens en gedragsproblemen onder kinderen is ook volgens UNICEF dusdanig alarmerend dat deze organisatie oproept om met spoed grondig onderzoek te doen naar de achterliggende problematiek en om te investeren in de geestelijke gezondheidszorg. De mentale epidemie blijft echter niet beperkt tot jongeren onder de dertig jaar. In alle leeftijdscategorieën valt er een explosie aan geestelijke problemen te zien. Bij werkenden, vooral bij werkende ouders, is er sprake van een hausse aan burn-out-klachten en uitputting. In oudere leeftijdscategorieën zijn diepe gevoelens van eenzaamheid en verlatenheid een belangrijk aandachtspunt. De vraag is of de alarmerende signalering van mentale problematiek onder jongeren niet de spreekwoordelijke ‘kanarie in de kolenmijn’ is: een signaal dat ons wakker schudt en aandacht vraagt voor een breed maatschappelijk probleem.
Preventieakkoord
Van der Wegen stelt dat we gezondheid niet gelijk moeten stellen aan fysieke gezondheid. Zij pleit ervoor dat het preventieakkoord gezondheid (roken, alcohol, overgewicht) wordt uitgebreid met het onderwerp mentale gezondheid. Mentale gezondheid, zo stelt zij, verdient afzonderlijke maatregelen. Er wordt uit meer hoeken gepleit voor het nemen van maatregelen, zoals het afschaffen van het predicaat cum laude. Vier van de acht geneeskundeopleidingen denken erover om geen 'cum laudes' meer uit te delen, of zijn daar zelfs al mee gestopt. Het is een stap tegen een studiecultuur waarin concurrentie en presteren centraal staan.
Maar hoe belangrijk elke kleine stap ook is, raken we met dit soort ingrepen de kern? Als we willen weten wat de wildgroei aan geestelijke problemen veroorzaakt en voedt, waar zouden we dan onze blik op moeten richten? Valt er een gemeenschappelijke grond te vinden onder de vele, op het oog uiteenlopende, mentale verschijnselen? En moeten we om dat grondpatroon te zien niet kijken naar de wezenskenmerken van onze samenleving en cultuur? Een cultuur waarin burn-out tot volksziekte is uitgegroeid.
Alles wijst in de richting van de materialistische ik-cultuur, als we de epidemische vormen van de geestelijke problemen diepgaand willen aanpakken. Onze samenleving biedt onbegrensde mogelijkheden en een grote mate van keuzevrijheid. Reclames roepen voortdurend op om snel te kiezen uit duizend en één verlokkingen. Jongeren worden rond hun achttiende geacht een levensbepalende keuze te maken uit vele honderden hogere opleidingen die worden aangeboden. Keuzestress is een ingeburgerd begrip geworden. En deze stress is extra ziekmakend door een overspannen aandacht voor ‘het perfecte individuele plaatje’. Je mag niets missen en ‘op is op’. Om doodop van te worden.
Geatomiseerd
Er heeft zich in de collectieve geest in de afgelopen decennia een omwenteling voorgedaan van een door de groep bepaalde identiteit - binnen de zuil waartoe men behoorde - naar een vergaand individualisme. De samenleving is als het ware geatomiseerd. Er is sprake van hyper-individualisme en een daarmee gepaard gaande concurrentie op vele terreinen. Ieder wordt opgejaagd om prestaties neer te zetten en om een zo groot mogelijk stuk van de gemeenschappelijke koek te verwerven. De collectieve geest die door onze moderne samenleving waart, is een uitermate rusteloze geest. Een boek met de titel Hoe saamhorigheid en innerlijke rust uit onze samenleving verdween zou op zijn plaats zijn.
Eén van de vele uitingen van deze mentale onrust is het massatoerisme. Dit fenomeen sluit aan op de behoefte van velen om uit het bekende stramien, uit de dagelijkse ratrace te stappen. Men wil afstand nemen van dagelijkse spanningen, men wil op pad, het liefst naar het onbekende. Men wil, al is het maar voor even, ontsnappen uit de tredmolen van concurrentie en prestatiedrang. Reclames verlokken echter opnieuw tot exclusieve ervaringen, wat in de praktijk neerkomt op het bezoeken van toeristische highlights, meedoen aan spectaculaire once in a lifetime-ervaringen, of je juist overgeven aan het all-inclusive-vegeteren. En dat alles in gezelschap van drommen mede-rustzoekers. Veel vakanties brengen geen rust, maar nieuwe spanningen.
De gejaagde mens put zichzelf (en de aarde en haar hulpbronnen) uit. De ecologische- en maatschappelijke crises en chaotische natuurverschijnselen die daarvan het gevolg zijn, dragen op hun beurt verder bij aan stress, benauwen het gemoed en versterken onzekerheden en angst voor verlies. De materialistische geest draait op deze wijze in eindeloze, vicieuze cirkels rond.
Uitstappen
Maar wat als we er eens echt uitstappen, uit het strijdgewoel? We zouden dan de ontdekkingsreis naar onze innerlijke wereld kunnen ondernemen. We zouden aannames en denkbeelden ter discussie stellen die ons gevangen houden in de tredmolen van presteren en consumeren. We zouden een ontdekkingsreis kunnen ondernemen naar wat ons werkelijk bezielt.
De vraag wat iemand werkelijk kan bezielen is evenwel een trage vraag. Innerlijke ontdekkingsreizen brengen geen snelle, kant en klare antwoorden. Het gaat bij dat soort reizen om een combinatie van ‘naar binnen kijken’ en ‘stap voor stap anders leren handelen’. Bezieling kan zich pas waarachtig openbaren in dagelijkse keuzen en in het dagelijks handelen. Het leven zelf is een (spirituele) leerschool in het omgaan met honderd en één grotere en kleinere levensopgaven.
Dramatische levensgebeurtenissen kunnen het nadenken over wat echt belangrijk is activeren. Maar fundamentele levensvragen dienen zich ook aan vanuit een onbevredigend gevoel met het bestaan an sich. Er komen dan vragen op als ‘waartoe dient dit alles? Wat is de waarde van wat ik doe en van waar ik me mee bezighoud? Hoe kan ik meer betekenisvol bezig zijn? Hoe kan ik meer bezield leven?' Een belangrijke remedie tegen gevoelens van zinloosheid is kiezen voor betekenisvolle activiteiten. Dat is voor ieder een individuele opgave en eerder een kwestie van zin geven, dan van zin zoeken. Het is een proces van vallen en opstaan, een spannende zoektocht.
Zielzorg
De geestelijke gezondheidszorg kan in het bestrijden van de mentale epidemie een belangrijke rol vervullen door haar focus te verschuiven van nadruk op medicalisering naar zielzorg gericht op zingeving: begeleiding van mensen bij het helpen ontdekken van wat hen bezieling geeft. Als een mens zingeving ervaart, voelt hij zich meer verbonden met zichzelf en met anderen. Het is wellicht het belangrijkste tegengif tegen egocentrisme, de ontspoorde prestatiedrang en de daaruit voortkomende mentale problematiek. Je laven aan spirituele zienswijzen en levenswijsheid uit vele bronnen kan een balsemende invloed hebben op de gepijnigde ziel, en helpen om meer innerlijke rust en vrede te vinden en een zinvol leven te ervaren.
'We moeten er eerder naar streven onze begeerten te verminderen dan onze middelen te vergroten’ is een uitspraak van Aristoteles (384-322 v. Chr). Keuzen maken volgens deze wijsheid kan een heilzame invloed hebben op de overspannen geest en zal het maatschappelijke welzijn bevorderen. Moge deze uitspraak en de waarschuwingen van Joyce van der Wegen en UNICEF bijdragen aan een fundamentele aanpak van de mentale problemen van de moderne, gejaagde mens.