Scheiden is pijnlijk, als een gewricht dat eerst een soepel verband schiep tussen twee delen, maar nu is gaan schuren en wringen en uitelkaar wordt gehaald. Maar met de scheiding ontstaan ook nieuwe delen: "zelfstandiger, autonomer, onafhankelijker". Lisette Thooft weet uit ervaring: scheiden kan wonderwel ook aanvoelen als een scheppingsdaad.
Door Lisette Thooft
Scheppen is scheiden, ik schreef het eerder. Je ziet het voor je ogen gebeuren in Genesis 1: eerst volbrengt God de scheiding tussen licht en duisternis, dan scheidt hij water en water, dan water en aarde, daarna brengt hij een scheiding aan tussen dag en nacht. Vervolgens begint het te wriemelen van afgescheiden wezentjes en uiteindelijk komt er een mens die in Genesis 1 nog uit één stuk bestaat en in Genesis 2 ook doormidden gaat, door God uiteengelegd in man en vrouw.
Scheppen is: een groot vormloos geheel scheiden en nog eens scheiden en nog eens en nog eens, tot het vorm heeft gekregen.
Is scheiden ook scheppen? Ik ben zelf aan het scheiden, of beter gezegd: mijn man en ik zijn samen aan het scheiden, gelukkig vriendschappelijk verbonden in deze scheppingsdaad, die voor ons allebei nieuwe ruimte en nieuwe mogelijkheden schept.
Ontwricht
Van de wet moet je verklaren dat je huwelijk duurzaam ontwricht is om te kunnen scheiden en dat verklaren we dan ook. Ontwrichten is uit z’n verband halen, uit elkaar draaien – dat zijn we inderdaad aan het doen. Een gewricht is iets dat twee of meer delen aan elkaar verbindt die daarna soepel kunnen bewegen. Als het niet meer soepel beweegt, als het wringt en wrikt, dan wil het uit elkaar.
Ja dus… scheiden is ook scheppen. Elke scheiding brengt iets nieuws, iets dat er nog niet was.
Ik merk het nu al, hoewel we nog in hetzelfde huis wonen, nog niet gescheiden van tafel en bed maar wel in de geest: hoe ik ineens een heleboel acties zelf onderneem die ik een half jaar geleden nog vanzelfsprekend naar mijn man had gedirigeerd, of die we lusteloos en alsmaar uitstellend naar elkaar hadden geschoven.
De zolder opruimen. Zware verhuisdozen tillen. Een onhandige poppenkast in de auto zien te krijgen om naar de school te brengen. Naar de kringloopwinkel rijden met kratten. Uitzoeken hoe ik straks naar Frankrijk zal reizen voor mijn schrijfworkshop.
En aan de andere kant doe ik ineens dingen niet meer die ik eerder volautomatisch op me had genomen. Natuurlijk mag je zoon met voltallig gezin komen eten vanavond, maar als je toch in die natuurvoedingswinkel bent, doe je dan meteen even zelf de benodigde boodschappen? Want ik heb het druk.
Nieuw
Ik ervaar mezelf nu al als nieuw: zelfstandiger, autonomer, onafhankelijker. En ik zie in hem ook iets nieuws, een nieuwe directheid, een steviger grensbewaking. Maar scheiden is vooral ook: uit mijn comfortzone stappen. Zoals in die tegeltjeswijsheid: het leven begint aan het eind van je comfortzone.
Ik was nooit eerder getrouwd en dus ook nooit eerder gescheiden. Het is administratief een stuk ingewikkelder en heel wat duurder dan gewoon uit elkaar gaan. Maar juist omdat het zo zorgvuldig moet gebeuren, zo tot in details moet kloppen, lijkt het op een ander niveau makkelijker te gaan. We maken geen ruwe en bruuske gebaren; we zetten precieze stapjes, steeds vriendelijk overleggend: is dit oké voor jou?
Ik had het niet gedacht – ik had sowieso niet gedacht dat ik ooit zou trouwen, en toen ik trouwde, had ik niet gedacht dat ik zou scheiden. En toen het scheiden begon, had ik niet gedacht dat het zou aanvoelen als een scheppingsdaad.