Ze zat niet meteen op een roze wolk toen Annemarie Scheerboom op haar 22ste in verwachting was van haar eerste kind. “Wist ik veel dat zwanger zijn veel meer betekende dan alleen een flinke buik krijgen.” De schoonheid van het ouderschap ontdekte ze later.
Door Annemarie van Diepen-Scheerboom
In onze maatschappij is het niet meer gewoon om op te groeien met kleine kinderen om je heen. Toen ik in de pubertijd kwam, ervoer ik kleine kinderen dan ook als storend. De keren dat ik in die tijd met kinderen in aanraking kwam, wáren ze ook storend: ze maakten herrie in de trein, zaten te zeuren in de supermarkt en zorgden ervoor dat wij als hangpubers niet meer de speeltuin voor onszelf hadden. Wat een contrast met hoe kinderen in de Bijbel beschreven worden: namelijk als geschenk van God. En na zelf inmiddels vier kinderen te hebben gekregen, kan ik ze steeds meer als geschenken van God ervaren.
Circus
Ik werd zwanger van mijn eerste kind toen ik nog pas een week getrouwd was, namelijk aan het eind van onze huwelijksreis. Ik was toen 22 jaar en studeerde nog. Wist ik veel dat zwanger zijn veel meer betekende dan alleen een flinke buik krijgen. De moeheid, het meer in mezelf gekeerd zijn, de bekkeninstabiliteit, het waren allemaal nare verrassingen. Al die moeders die zo blij zwanger waren, ik snapte er helemaal niks van. Ook toen de baby geboren werd, voelde dat als een project van de kraamzorg die wij in leven mochten houden. Ook niet bepaald een roze wolk. Maar na ongeveer een jaar begon ik het moederschap echt leuk te vinden. Dat kereltje bleek eigenlijk best gezellig. Niet veel later werd ik zwanger van de tweede en begon het hele circus opnieuw.
Blij
Inmiddels is onze vierde al bijna één jaar. Dus nog even en we hebben geen baby meer en dat is toch een gek besef. De oudste is zeven en een half, die doet inmiddels alweer hele andere dingen. En de twee kindjes er tussenin hebben ook zo hun eigen levensfase. Zet deze vier zo bij elkaar op een strandje en dan komen ze helemaal tot hun recht. Dat mijn man en ik hieraan hebben geco-creëerd, voelt als een dankbare taak. We zien dat ze blij zijn, elkaar blij maken en de mensen om hen heen blij maken. Wat een geschenken van God zijn ze inderdaad!
Mochten we nog een vijfde krijgen, of misschien nog wel een zesde, een zevende, een achtste, een negende of misschien wel een tiende, dan voel ik me eigenlijk heel gezegend. Want het is per kind best een flinke investering van zo’n beetje alles wat je hebt - je lichaam, je slaap, je geld, je tijd, je netheid in huis, de plek die je overhoudt in huis, de tijd en energie die je in de was, afwas en eten maken stopt - uiteindelijk zijn het toch mooie geschenken van God. En om dat te mogen inzien (ja, bij mij duurde het misschien wat langer) is eigenlijk ook al een geschenk van God.