Jezus was een man van vlees en bloed, heel fysiek en aards. Waarom is het christendom dan zo denkerig en praterig? Lisette Thooft pleit voor een meer vriendelijke, oordeelloze, aandachtige omgang met het eigen lichaam. "Vraag je af wat je lichaam bedoelt als het je aandacht trekt, in plaats van alles wat minder prettig aanvoelt, zo snel mogelijk weg te werken."
Door Lisette Thooft
Voor het eerst na de zomer ging ik weer naar yin yoga en terwijl ik minutenlang geknield op het matje lag, armen voor me uitgestrekt, dacht ik: dank je wel God, voor alles. In die yin-yoga-houding was dat een vanzelfsprekende gedachte.
Daarna dacht ik: wat is het toch jammer dat het christelijk geloof zo losgeraakt is van het lichamelijke. En andersom: kan er iemand alsjeblieft een westers, hedendaags soort bhakti yoga ontwerpen waarbij we openlijk religieuze gevoelens tot uitdrukking kunnen brengen in verschillende lichaamshoudingen van overgave?
Weinig Fysiek
Waarom is het christendom zo denkerig en praterig, zo weinig fysiek? Als je de evangeliën er nog eens op naleest, zie je een sterk lichamelijk aanwezige Jezus Christus. Hij praat aards en huishoudelijk over zout, olie, desem, brood en wijn. Hij geneest een vrouw met chronische bloedingen, hij noemt zichzelf de bruidegom die niet hoeft te vasten, hij houdt van kinderen, begrijpt barende vrouwen, snapt meteen dat de vrouw bij de bron een prostituee is. En ga zo maar door. Een man van vlees en bloed.
Komt het door seks, dat christenen het lichaam als minderwaardig aan de geest zijn gaan zien? Lichaam = seks = ego = lager, zoiets. Maar het lichaam is natuurlijk veel meer dan alleen maar egoïstische voortplantingsdrang en overlevingsdrift. Het is een diep mysterie, een groot en heerlijk wonder, een zelfreparerend ruimtepak en een spreekbuis van het onderbewuste.
Goede 'ouder'
In mijn rebalancing praktijk heb ik ontdekt dat we geneigd zijn ons lichaam te behandelen zoals we zelf behandeld zijn in onze vroege jeugd. Als moeder en vader streng en afstandelijk waren, zijn wij streng en afstandelijk tegenover ons lichaam. Als ze wel zorgden, maar eigenlijk alleen maar wilden dat we schoon en braaf waren en ons best deden, willen we dat van ons lichaam ook. Als we emotioneel verwaarloosd waren, zijn we nu ook niet geïnteresseerd in de diepere gevoelens binnenin ons lijf. En als we mishandeld werden, doen we dat met ons lichaam ook.
Maar je kunt een goede ‘ouder’ worden voor je eigen lichaam: vriendelijk en oordeelloos belangstellend, niet alleen geïnteresseerd in de buitenkant of de prestaties maar oprecht, gemeend, belangstellend voor alles wat zich daarbinnen afspeelt. Ervan uitgaand dat je lichaam trouw is en het goede met je voor heeft – zoals kinderen eindeloos trouw zijn aan hun ouders. Je afvragen wat je lichaam bedoelt als het je aandacht trekt, in plaats van alles wat minder prettig aanvoelt, zo snel mogelijk weg te werken.
Volgens mij ben je dan heel christelijk bezig.