Soms kijken mensen tegen je op, of verwachten ze bepaald gedrag van je. Vaak laten we hen maar in die waan. We verstoren liever niet de mooie droom die anderen van ons hebben. Maar zo sluit je jezelf wel op in een keurslijf. Wat doe je eraan? Annemarie Scheerboom neemt een voorbeeld aan ‘vrije vogel’ Franciscus. “Hij noemde zichzelf zo’n beetje de minstbetekenende persoon op aarde.”
Door Annemarie Scheerboom
Heb je weleens het gevoel dat je bijna een optreden neerzet in de omgang met anderen? Dat je iemand niet uit de droom wilt helpen? Omdat je die ander maar liever niet confronteert met je ware zelf? Je past je aan en presenteert de persoon die de ander graag in jou ziet. Heel herkenbaar, denk ik. Maar ook best vervelend als je hierdoor niet jezelf kunt zijn. Of anderen kunnen niet zichzelf zijn omdat jij degene bent met hoge verwachtingen. En soms gaat het niet eens om werkelijke verwachtingen, maar verwachtingen waarvan je dénkt dat de ander die heeft. Dat maakt het er niet minder vervelend op. Hoe ga je ermee om? Toen ik met Dierendag weer eens over de heilige Franciscus hoorde, die zichzelf zo vrij als een vogel maakte, begon ik na te denken over het feit dat ik mezelf soms in een onvrije situatie plaats.
Een beetje betrapt
Nadat ik bekend raakte als ‘pausmeisje’ werd ik daar zo nu en dan wel eens op aangesproken. Ook ruim een jaar later nog, en ook door mensen die ik niet ken. Zoals laatst, toen ik even rustig thuis dacht te zijn. Er kwam een man voor de vloeren langs, dus dan heb je het idee dat je gewoon je gang kunt gaan en dat die man lekker zijn werk doet. Maar deze man vroeg ineens of ik inderdaad niet dat meisje was van tv met de paus. Leuk dat deze gebeurtenis zo’n bereik heeft gehad, maar je voelt je ook een beetje betrapt. Iemand spreekt je aan op een kant die je in het dagelijks leven misschien minder vaak laat zien. Ik neig ertoe me daaraan aan te passen: als mensen me in het kader van dat tv-optreden hebben gezien en me daarop aanspreken, is het misschien logisch om me daar dan ook maar naar te gedragen. Hoewel die media-optredens slechts een fractie laten zien van hoe ik in mijn totaliteit ben. Ik stop mezelf op deze manier automatisch in een keurslijf.
Ik wilde voldoen aan de verwachtingen waarvan ik dacht dat de ander die had. Dit kan voor veel mensen bekend in de oren klinken, want zulke verwachte verwachtingen kunnen werkelijk overal vandaan komen: je vrouw, je man, je moeder, je schoonfamilie, je collega’s, en ga zo maar door. Allemaal mensen waarvan je kunt dénken dat ze bepaald gedrag van je verwachten.
Spanning
Of mensen inderdaad van je verwachten dat je je op een bepaalde manier gedraagt, is nog maar de vraag. Toch kan er door dat alles een spanning ontstaan. Je wil iets doen, maar je denkt dat de ander vindt dat dit gedrag niet bij je past. Je kunt jezelf bijvoorbeeld gedeisd houden, omdat je denkt dat anderen je anders uit de toon vinden vallen. Iemand die deze spanning goed kon doorbreken, was toch wel de heilige Franciscus. Hij was rijk en had een hartstikke goede naam, maar hij deed wat niemand van hem verwachtte: hij gaf zijn geld aan de armen alsof het niks was en wilde zelf ook arm zijn. Hij ging zelfs nog verder door ook zijn goede naam te laten varen: hij noemde zichzelf zo’n beetje de minstbetekenende persoon op aarde.
Eigenlijk heel slim van Franciscus: zo verwachten mensen tenminste niet zoveel van hem, lekker rustig zou je denken. Toch werd hij gevolgd door hele hordes. Zijn geheim? Opruimen wat je scheidt van je medemens en God. Een obsessie voor geld en status kan je inderdaad scheiden, maar verwachtingen scheppen afstand. Verwachtingen die jij hebt van een ander of van jezelf. Of verwachtingen van anderen waarnaar je je gedraagt. Bij het hebben van ongegronde verwachtingen over iemand neem je namelijk afstand van hoe die iemand werkelijk is. Je laat diegene zijn zoals jíj wilt dat diegene is. En als je jezelf aanpast aan iemands verwachtingen dan lijkt het misschien alsof je dichter naar die ander toe beweegt, maar in feite plaats je een fictief figuur tussen jou en de ander in. Zelf maak je ruimte voor die fictieve figuur waardoor de werkelijke ‘jij’ zich juist verder van de ander bevindt (zie onderstaande afbeelding).
Sinterklaas
Moeten we dan maar helemaal niets meer verwachten? Nee. Ik denk dat het heel goed is als ons hart straks vol van verwachting klopt als Sinterklaas weer in het land komt. Simpelweg omdat hij ons telkens laat weten dat hij elk jaar weer terug wil komen. Een ander voorbeeld is de adventstijd waarin we Jezus’ geboorte verwachten. Deze periode van verwachting kan heel positief uitpakken, omdat je tijd hebt om naar het moment waar je naar uitkijkt toe te groeien. En dan: bij het voorbeeld van Jezus is het Jezus zelf die voor/in ons geboren wil worden. Wat wij van Jezus en de goedheiligman verwachten, komt voort uit het initiatief van die personen zelf. Terwijl al die stressvolle verwachtingen waar ik het net over had, juist iets op iemand projecteren. Iets dat helemaal niet bij die persoon hoeft te passen.
Je echte zelf durven tonen? Ondanks deze column lijkt het me soms nog steeds een brug te ver. De Duitse dichter en aforist Peter Sirius zei niet voor niks: ‘Het menselijk hart is een kerkhof van begraven verwachtingen.’ En dat is maar goed ook.