Het interview “De geloofsbelijdenis van Erik Borgman” raakt blijkbaar een snaar. Het is de meest gelezen bijdragen tot nu toe en bijna 300 keer ‘geliked’. Waar zit hem dat in? Ik denk dat de visie van Borgman iets van ademruimte biedt. Onze tijd is wel erg op succes en prestatie uit, op vrolijkheid, uiterlijkheid en schone schijn gericht. Het niet zo sterke, het vallen naast het opstaan, de mislukkingen van het leven, krijgen soms wat weinig ruimte. Het is natuurlijk goed om kansen te benutten, talenten te ontwikkelen, er iets van te maken in het leven. En er is ook veel kwaliteit in onze samenleving op alle vlakken, juist omdat er mensen zijn die de schouders eronder zetten en niet genoegen nemen met het middelmatige. Maar dat neemt niet weg dat ook het onvolmaakte, het niet-lukken op allerlei manieren aanwezig is in het bestaan. Misschien hebben we hier wel een van de meest weggemoffelde bestaanskenmerken binnen onze cultuur te pakken. Kunnen we het onvolkomene een reële plaats geven en als realiteit benoemen en honoreren? Ik denk dat het deze inzet van Borgman is, die als belangwekkend herkend wordt. Trouwens ook de verse column van Lisette Thooft haakt op dit thema in.
Inherente tekort
Omgang met het onvolkomene, het inherente tekort, misschien is dat wel de rode draad in alle bijdragen van afgelopen week. Ook Eric Corisus komt in zijn cultuurrubriek daarop uit. Waarom is de roman Stoner (na dertig jaar onopgemerkt te zijn gebleven) nu ineens zo’n succes? Stoner is iemand waar je een zekere sympathie voor hebt en tegelijkertijd een mengeling van onbegrip en ergernis bij voelt. Maar uiteindelijk roept hij ook respect op door, wat je zou kunnen noemen, de ‘krachtige gelatenheid’, waarmee hij zijn leven leeft. Wat mis gaat in zijn leven, maakt hem nog niet tot een mislukkeling. In tegendeel zelfs. Stoner heeft een zinvol leven geleid, zegt auteur John Williams in een interview over zijn eigen romanfiguur.
Ook Thijs Caspers’ essay over kwetsbaarheid gaat over het verlangen om het collectief perfectionisme achter zich te laten. Tijdens zijn reizen door Kenia ziet hij iets van die meer ontspannen houding ten opzichte van de onbeheersbare kanten van het bestaan. (Lees verder: 'De aard van de werkelijkheid'.)