In onze postromantische cultuur vereenzelvigen we de liefde graag met een voortdurende extase. Of het nu gaat om de liefde tussen partners, ouders en kinderen of mens en God. Ook de kunstgeschiedenis toont graag die compromisloze liefde. Maar gelukkig zijn er ook schilders als Van Reymerswaele. Zijn zogende Maria, virgo lactans, is uiterst realistisch weergegeven. Staande voor dit begin zestiende-eeuwse schilderijtje voelt Eric Corisus een zucht van verlichting door zich heengaan over zoveel eerlijkheid en ontmytologisering. “Je kunt je zomaar voorstellen dat Maria haar huilende Jezus ook wel eens achter het behang heeft willen plakken.”
Door Eric Corsius
Als er iets in onze cultuur wordt geromantiseerd, dan is het wel de liefde. Of het nu de liefde is tussen partners, tussen ouders en kinderen, tussen vrienden en vriendinnen of tussen God en mens: we voorzien haar van een aureool, vervagen haar contouren met een verzachtend sfumato en overgieten haar met een roze schijn. De liefde wordt vereenzelvigd met een voortdurende extase, die zelfs uit het offer nog genot put en te midden van de grootste turbulentie nog een onverwoestbare innerlijke rust vindt. Ogenschijnlijk is deze opvatting, die we vinden in de literatuur, de kunst en de religie, van alle tijden. Niettemin heeft ze haar hoogtepunt pas bereikt in de periode die we nu gemakshalve als romantiek aanduiden. De pasteltinten en omfloerste vormen waarmee we de liefde sindsdien steevast portretteren, hebben ons doen vergeten dat ze ook lust, eigenbelang en calculatie kent. Zelfs in de religieuze liefde speelt het berekenende aspect een rol. In de Bijbel bijvoorbeeld is de liefde tussen God en mensen eerder een veeleisend bondgenootschap, dan de verrukte liefde die de latere spiritualiteit ervan heeft gemaakt.
Schril tl-licht
Het sluiten van de liefde gaat, als we eerlijk zijn, niet zonder een afweging. Ook echter het in stand houden van de liefde kent een ontnuchterend mengsel van motieven. We hebben in de ander geïnvesteerd en de liefde heeft ons het nodige gekost. Of er is een gevoel van plicht in geslopen. Deze berekening en dit plichtsbesef werpen een ontnuchterend schril tl-licht op de liefde. Dat onder de romantische schijn deze wereld van belang en verplichting ligt, kunnen we natuurlijk niet helemaal verdringen. Dat leidt vroeg of laat tot een gespleten gevoel en schaamte.
De liefde kent nog een andere ambivalentie. Vaak wordt ze overschaduwd door ergernis en verwijt over en weer. Ook daarvoor generen we ons. Vooral ouders geven deze gevoelens van bitterheid maar met moeite toe. Je kind heeft een inbreuk op je leven gemaakt – en doet dat nog steeds. Het heeft je lichamelijk uitgeput tijdens zwangerschap en geboorte en sindsdien niet zelden het bloed onder je nagels vandaan gehaald. Dat is niet altijd te verteren. Maar juist dat bittere gevoel zelf is op zijn beurt ook niet te verteren. Liefde moet totaal zijn en mag geen voorbehoud kennen.
Prado Madrid
In de kunstgeschiedenis bestaan veel motieven die de absolute en compromisloze liefde vertegenwoordigen – of waarin wij als postromantische mensen haar projecteren. Toen ik onlangs in Madrid door het Prado slenterde, viel mij een dergelijk motief weer eens op: de zogende Maria oftewel de virgo lactans. Veelal wordt deze voorstelling nogal idyllisch uitgewerkt. Uit de naar binnen gekeerde blik van Onze Lieve Vrouw spreekt overgave en geluk. De op haar schoot gezeten Jezus kijkt haar dankbaar en verzaligd aan – soms ook wat triomfantelijk, maar dat vergeven we een door aandacht verwend, alleswetend nieuwe-tijdskind graag in onze cultuur.
Een hele opluchting
Gelukkig zijn er ook schilders als Van Reymerswaele (ca. 1490-1550). Hij geeft moeder en kind uiterst realistisch weer. Zo zit Jezus, zoals het een echte zuigeling betaamt, nog te ruim in zijn geplooide vel en is hij, met zijn op oneindig gerichte blik, één en al honger. Maria vertoont op haar beurt sporen van slijtage. De toegewijde wijze waarop ze haar zoon voedt verraadt vermoeidheid over het gevecht dat de bevalling moet zijn geweest. Haar handen verraden een leven van zwoegen, waarin een pasgeboren kind niet alleen maar een geschenk uit de hemel is. Staande voor dit schilderijtje uit de eerste helft van de zestiende eeuw, sla je een zucht van verlichting over zoveel eerlijkheid en over de ontmythologisering van de liefde tussen een moeder en haar pas geboren kind. Je kunt je zomaar voorstellen, dat Maria haar huilende zuigeling ook wel eens achter het belang heeft willen plakken. Dat is een hele opluchting. En misschien is dit schilderijtje ook wel een icoon van de ware liefde: de liefde die moeite kost en die zich niet schaamt voor haar alledaagse verschijning.